Nieuws

Geslaagde Kick-Off van het Centre Public Design for Water

Conferentie ‘Public Design for Water’ betrekt 80 deelnemers uit de brede watersector bij een ontwerpende aanpak voor de transformatie van waterpraktijken.

KWR bouwt de komende jaren aan een Centre Public Design for Water. Public Design for Water richt zich op het onderzoeken van vastzittende problemen, het vormgeven van innovatieve oplossingen en het transformeren van waterpraktijken door belanghebbenden te betrekken bij een ontwerpende aanpak.

Op 17 juni kwamen wetenschappers, waterprofessionals en ontwerpers samen tijdens de ConferentiePublic Design for Water’ in het Waterkwartier, om te ontdekken hoe deze aanpak kan bijdragen aan het borgen van de waarde van water in duurzaamheidstransities. De dag stond in het teken van denken, doen en ervaren van ontwerpkracht. Ook bood de conferentie een prikkelende en inspirerende setting waarin deelnemers kennismaakten met de ontwerpende aanpak voor de transformatie van waterpraktijken.

Afbeelding 1: Ontvangst deelnemers

Afbeelding 2: Opening door KWR-directeur Mariëlle van der Zouwen

Een veranderend watersysteem vraagt om een transformatie in waterpraktijken

Na een hartelijke welkom van KWR-directeur Mariëlle van der Zouwen trapte KWR-onderzoeker en Chief Science Officer Ruud Bartholomeus de dag inhoudelijk af met een keynote over een veranderend watersysteem en het belang van een klimaatrobuuste zoetwatervoorziening. Bartholomeus schetste hoe de opstapeling van uitdagingen het watersysteem onder druk zet en ingrijpende gevolgen heeft voor gebruiksfuncties zoals natuur en landbouw. Door klimaatverandering nemen zowel de droogte en hevige regenval toe. Hoewel de totale jaarlijkse hoeveelheid neerslag nauwelijks verandert, maar deze extremen in verschillende periode van het jaar voor problemen zorgen. Daarnaast is er ook sprake van toenemende verzilting in laag Nederland en dalende grondwaterstanden in de hoger gelegen delen van Nederland. De combinatie van deze veranderingen zorgen voor een verstoring van de bestaande delicate grondwaterbalans en hebben tot gevolg dat een nog maar een klein deel van het zoetwater duurzaam te benutten is.

 

Afbeelding 3: Ruud Bartholomeus deelt zijn visie op een klimaat-robuuste watervoorziening

Deze veranderingen in het watersysteem vragen om andere waterpraktijken. Bartholomeus schetst dat de uitdagingen (h)erkend worden en dat er verschillende beleidsinitiatieven en visies zijn verschenen afgelopen jaren – o.a. het toekomstperspectief ‘Water Verbindt’ (UvW & Vewin), de kamerbrief ‘Water en Bodem Sturend‘ en een nieuwe kijk op ‘Ruimtelijke Ordening in een veranderend klimaat’ (advies Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur) – maar dat een echte transformatie vooralsnog uitblijft. Hij wijt dit deels aan de zogeheten Hydro-illogical Cycle: een patroon waarbij de aandacht voor droogte (van 2018 tot 2020) verslapte, door natte jaren zoals 2024, waardoor men weer overging op ‘business-as-usual’. Terwijl ingrijpen in het watersysteem en ander menselijk gedrag volgens Bartholomeus noodzakelijk is, omdat we als mens en natuur afhankelijk zijn van een gebalanceerd bodem- en watersysteem. Hij noemt drie oplossingsrichtingen die voor een klimaatrobuust watersysteem kunnen zorgen:

  1. Watersysteemherstel, met een nieuwe balans tussen vasthouden, gebruiken en afvoeren
  2. Nieuwe verbindingen leggen in de waterketen met oog voor waardebehoud van water en gericht is op circulair in plaats van lineair watergebruik.
  3. De blik verruimen naar een holistisch perspectief op het watersysteem, de waterketen en het waterbeheer.

Concluderend schetst Bartholomeus dat ‘te veel’, ‘te weinig’ en ‘te vies’ water de kern vormt van de complexe collectieve wateropgaven in Nederland, die eigenlijk voor verschillende kleinere en grotere deelproblemen zorgen.

KWR-onderzoeker Nicolien van Aalderen nam vervolgens de zaal mee in de idee van en verschillende perspectieven op de ‘Watertransitie’. De transformatie naar nieuwe waterpraktijken verloopt volgens haar ook traag doordat er geen overeenstemming is over de verandering die moet plaatsvinden. Dit komt omdat er over het wat, waarom, wie en hoe van de waterwatertransitie verschillende narratieven bestaan die te clusteren zijn naar 1) technologische optimalisatie, 2) collaboratieve duurzame

ontwikkeling en 3) bottom-up betekenisvolle stappen. Vanuit deze narratieven wordt verschillend gedacht over de opgaven die centraal staan, zoals de integraliteit van deze opgave, de diepte van de verandering, de kernwaarden, planbaarheid van de transitie én de instrumenten die worden toegepast voor de uitvoering.

Een ontwerpende aanpak kan volgens KWR ondersteunen bij het realiseren van de watertransitie en het borgen van de waarde van water in andere duurzaamheidstransities. Het onderscheiden van de verschillende perspectieven op de transitie is een belangrijke stap om verder te komen, omdat hierin onderliggende aannames op het probleem en (integrale) oplossingen verscholen liggen. Van Aalderen liet zien hoe gezamenlijke en ontwerpende onderzoekstrajecten in het GRROW-lab (als onderdeel van Waterwijs) zijn uitgevoerd om stakeholders, zoals jong en senior waterprofessionals of omgevingspartijen, te betrekken bij het reflecteren op en bevragen van bestaande waterpraktijken. Het lerend doen in deze creatieve trajecten heeft geleid tot de ontwikkeling van ‘Toekomstbeelden voor de Watersector’ (2024) en nieuwe taal voor waterpraktijken (2025), met woorden als ‘waterzorg’ dat ‘watermanagement’ kan vervangen (zie GRROW-woordenboek).

Een ontwerpende aanpak voor complexe maatschappelijke vraagstukken 

Nynke Tromp, programmadirecteur van de Publieke Ontwerppraktijk (PONT) en voormalig Assistant Professor Social Design aan de TU Delft, verdiepte de kennis over de ontwerpende aanpak en inspireerde met voorbeelden uit andere complexe maatschappelijke vraagstukken. Maatschappelijke opgaven zijn volgens Tromp complex omdat ze dynamisch, genetwerkt en ambigue zijn. Bovendien liggen verantwoordelijkheden voor oplossingen verspreid bij verschillende partijen met verschillende visies op het probleem, zoals ook Nicolien van Aalderen constateerde. Inzichten uit de Publieke Ontwerppraktijk laten zien dat overheidsinstanties onvoldoende toegerust zijn om met deze complexiteit om te gaan. Er is behoefte aan nieuwe instrumenten en een andere kijk op ambtelijk vakmanschap om diepgewortelde problemen aan te pakken.

Een ontwerpende aanpak kan volgens Tromp bijdragen aan het oplossen van complexe opgaven, omdat ontwerpers nadenken over wat waardevol is bij het ontwikkelen van diensten, producten of oplossingen. Ontwerpers hebben essentiële vaardigheden om complexiteit te ontwarren, gezamenlijke processen te begeleiden, de systeem- en leefwereld bij elkaar te krijgen en interventies in te richten. De wetenschappelijke benadering van ontwerpend onderzoek is gericht op het vooruitkijken naar de toekomst en redeneert vanuit de ervaring en het perspectief van mensen die geraakt worden door het vraagstuk. Ontwerpers worden ondersteund door methoden (zoals Key Enabling Methodologies), maar gaan ook intuïtief en creatief te werk door te leunen op kerncompetenties:

  • het betrekken en integreren van verschillende en tegenstrijdige perspectieven,
  • het herformuleren van de vraag om dominante denkbeelden te doorbreken,
  • het tastbaar en bespreekbaar maken van abstracte zaken door deze vorm te geven en te verbeelden,
  • het orkestreren van verandering door in kleinere cruciale stappen naar grote verandering toe te werken.

Afbeelding 4: Nynke Tromp geeft deelnemers inzicht in de kerncompetenties van een ontwerpgerichte aanpak

Panelgesprek

In het panelgesprek gingen vertegenwoordigers vanuit de drinkwaterbedrijven (Jan Gooijer, Vitens), de waterschappen (Floor van Schie, Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier), provincies (Karla Niggebrugge, provincie Noord-Brabant) en gemeenten (Lidwien Besselink, gemeente Amsterdam) met elkaar in gesprek over de vraag: Hoe kan een ontwerpende aanpak kan bijdragen aan het transformeren van verschillende waterpraktijken?

In de discussie kwam naar voren dat een ontwerpende aanpak kan helpen om onbewuste en bewuste overtuigingen en systemen bloot te leggen die ons gedrag beïnvloeden en mogelijk ook om deze aan te passen. We willen bijvoorbeeld vaak het algemeen belang vooropstellen, maar toch handelen we in de

praktijk vaak vanuit eigenbelang. Kan dit anders? Sturende principes zoals kosten, prestaties en risico’s bepalen nu wat als ‘goed’ of ‘fout’ wordt gezien, maar deze uitgangspunten zijn mogelijk aan vervanging toe. Een andere belemmering was dat ‘de druppel’ momenteel nog veel in hokjes geplaatst wordt, zoals oppervlaktewater, regenwater of drinkwater. Het zou helpen om water als samenhangend en cyclisch geheel te zien en dit ook door te voeren in de manier waarop organisaties werken en ook in de taal die we daarvoor gebruiken.

Afbeelding 5: Impressie van het panelgesprek

Dat samenwerking tussen partijen essentieel is om waterpraktijken te transformeren, was voor iedereen duidelijk. Tegelijkertijd werd erkend dat er grote – en soms tegengestelde – belangen spelen, die lang niet altijd uitgesproken worden. Het voeren van lastige gesprekken en het benoemen van wat onder de oppervlakte leeft, werd gezien als een cruciale stap. Een ontwerpende aanpak kan daarbij ondersteunen. Door stakeholders en burgers actief te betrekken, en gebruik te maken van creatieve en toegankelijke methoden, ontstaat meer inzicht en begrip voor de verschillende perspectieven en ervaringen van belanghebbenden. Dat betekent echter niet dat iedere partij tevreden kan worden gesteld met een oplossing die volledig aansluit bij hun eigen wensen. Het maatschappelijk belang moet voorop staan bij het ontwikkelen van integrale oplossingen – ook als die soms pijnlijke gevolgen hebben. In zulke gevallen is het belangrijk om ‘het eerlijke verhaal’ te vertellen. Individueel gedrag dat schadelijk is voor het collectief, kan niet langer worden genegeerd. De uitdaging ligt er dus in om samen te kiezen voor de best mogelijke oplossing voor het grotere geheel.

Denken, Doen en Ervaren

In interactieve sessies in de sporen ‘Denken’, ‘Doen’ en ‘Ervaren’ konden deelnemers vervolgens de kracht van ontwerp voor de transformatie van waterpraktijken verder ontdekken.

In het spoor Denken keken Jan Starke (KWR) en Kirsty Holstead (WUR) samen met deelnemers vanuit een academische bril en verschillende disciplines naar Public Design for Water. Verschillende wetenschappers presenteerden hun inzichten en lieten zien hoe een ontwerpende aanpak handelingsperspectief biedt voor verschillende uitdagingen, zoals bijvoorbeeld ruimtelijke planning in

een veranderende omgeving, grensoverschrijdende samenwerking, natuurherstel in een drukke, stedelijke omgeving, en nieuwe uitdagingen die door de klimaatcrisis gedreven worden. Water is een integraal onderdeel in deze uitdagingen en Public Design helpt om belemmerende probleemdefinities te herdefiniëren en zo tot nieuwe oplossingsrichtingen te komen.

In het spoor ‘Doen’ reflecteerden deelnemers samen met Fabi van Berkel (KWR), Chris van Hoef (Waterschap Vallei en Veluwe), Lidwien Besselink (gemeente Amsterdam), Edith van Wijk (UvA), en Jurian Strik (Agenda Stad) op de benaderingen, successen en dilemma’s van uitgevoerde en lopende ontwerppraktijken. Chris van Hoef verruimde het denken over het herinrichten van gebieden met oog op het ontwikkelen van wijken die bestand zijn tegen nattere én drogere periodes. Door terug te blikken op het Kennis-Actie Programma Water werd inzichtelijk hoe de benadering Reflexief Interactief Ontwerpen bijdraagt aan systeeminnovatie en duurzaamheidstransities in de openbare ruimte. De reflecties over het ontwerpend vakmanschap en systemisch experimenteren in de City Deals lieten zien hoe experimenten op kleine en grote schaal tot transformatie kan leiden.

Afbeelding 6: Deelnemers nemen deel aan een interactieve sessie in het spoor ‘Ervaren’

In de deelsessie ‘Ervaren’ kruipen deelnemers in toekomstige rollen van de drinkwaterprofessional (Minke Dijkstra & Pablo Teijeiro, Reframing Studio), beleefden ze welke belangen er op het spel staan als het gaat om de verdeling van water én verplaatsen zij zich in de natuur als wezenlijke actor in de watertransitie (Anne Stoop & Myrthe Mandemakers, Play with Nature). Middels de serious game Aqua Ludens (Sija Stofberg en Klaasjan Raat, KWR) konden omgevingspartijen gezamenlijk naar interventies toewerken om het watersysteem in balans te krijgen. Wat opviel in de oefening was dat omgevingspartijen begrip krijgen van de behoefte van de ander, maar dat handelen in het collectieve belang van de waterbalans nog moeilijk blijft omdat men vanuit het eigen belang blijft redeneren. Er ontbrak een gezamenlijke visie en wat volgt is een opstapeling van maatregelen.

Naar een Centre Public Design for Water

In het nagesprek dat het einde van de conferentie markeerde, sprak voormalig watergezant Henk Ovink bemoedigende woorden. Hij benadrukte dat de combinatie van urgentie, eigenaarschap en

organisatiekracht die hij gedurende de hele dag voelde, precies is wat nodig is om stappen te zetten in de watertransitie. Hij was kritisch over slecht beleid en bestuur en merkte op dat waterproblemen soms onnodig ingewikkeld worden gepresenteerd. Natuurlijk zijn de vraagstukken complex, maar volgens hem is dát niet de reden waarom we niet verder komen.

Een belangrijke rode draad in de dag was dat ontwerpers, onderzoekers en praktijkprofessionals moeten durven om meer de praktijk in te gaan. Daar ontstaat het echte gesprek omdat belangen botsen en keuzes directe gevolgen hebben. Het creëren van ‘veilige en dappere’ tussenruimtes waar men eigenaarschap kan voelen over de complexe problemen, maar ook expliciet gemaakt kan worden wat de belangen zijn, biedt kansen om nieuwe (integrale) oplossingen te verkennen. Als in zo’n setting op een verkennende, maar doeltreffende wijze inzichtelijk gemaakt wordt welke onderliggende aannames, waarden en uitdagingen partijen ervaren, kunnen ook nieuwe integrale oplossingen worden gevonden voor complexe vastzittende problemen.

KWR bouwt de komende jaren verder aan een Centre Public Design for Water. Met dit kenniscentrum wil KWR een bijdrage leveren aan kennis- en tool ontwikkeling voor het borgen van de waarden van water in de duurzaamheidstransities en het vergroten handelingsvermogen van professionals. KWR ziet een rol voor zichzelf voor het co-faciliteren van de ‘veilige en dappere tussenruimtes’ waarin collectief ontdekken en leren centraal staat.

Op deze conferentie-dag zijn de contouren van een Kennis-Actie & Ontwerpagenda Public Design for Water zichtbaar geworden. De komende periode gaat het team bij KWR samen met gemotiveerde deelnemers verdiepen op de vraagarticulatie en partners betrekken voor de uitvoering van het onderzoeks- en ontwerpprogramma. Wordt vervolgd!

Afbeelding 7: Deelnemers bespreken

delen