Jaarbeeld 2018

Roadshow WiCE laat zien: Er zit energie in de Nederlandse watersector

Vrijdag 14 december werd een breed gezelschap vanuit de drinkwatersector en daar buiten hartelijk ontvangen op productielocatie Hoogezand van Waterbedrijf Groningen. Vanuit het gezamenlijke onderzoeksprogramma “Water in de Circulaire Economie” (WiCE) van de Nederlandse drinkwaterbedrijven en de Vlaamse Watergroep werd een roadshow voor het thema Energie georganiseerd. Op het programma stond een gevarieerde mix van presentaties over de rol van water in de energietransitie, de kansen daarbij voor de watersector en projecten in uitvoering. Duidelijk werd dat het vooral een kwestie is van doen. Het leren van elkaars ervaringen helpt daarbij.

Water: een belangrijk onderdeel voor de energietransitie

Directeur van Waterbedrijf Groningen, Riksta Zwart, trapte af met een inspirerende inleiding over oorsprong en richting van de grote ambitie op duurzame energie. De no-nonsense Groningse mentaliteit hielp bij het ‘gewoon’ gaan doen en werd bovendien gevoed door de gaswinningsproblematiek. Theo Venema van Waterbedrijf Groningen lichtte verder toe dat zij zo’n 7 jaar geleden zijn begonnen om energie als serieuze tak te ontwikkelen om fossielvrij te worden, waarbij Waterbedrijf Groningen als maatschappelijke onderneming de waterbelangen in de regio duurzaam vellig stelt. Hierbij wordt nadrukkelijk gestreefd naar de verbreding en versterking van de energietransitie

De doelstelling van het Klimaatakkoord is om een CO2-vermindering van 49% in 2030 (t.o.v. 1990) te halen. Terwijl verduurzaming van de drinkwaterproductie hierbij een vanzelfsprekend onderdeel van “good housekeeping” is, is de potentie om hieraan bij te dragen vele malen groter buiten de primaire drinkwaterproductie. De kennis en ervaring in de drinkwatersector met grondwater en ondergrond, distributie, materialen en leidingen, publieke belangen, financiële rendementen op langere termijn en vereiste betrouwbaarheid, zijn van grote waarde. Voorbeelden daarvan zijn de ontwikkeling en verduurzaming van warmtenetten (Warmtestad Groningen) en de realisatie en exploitatie van warmte-koude-opslagsystemen (WKO).

Water als warmte- en koudebron: aquathermie

STOWA heeft recent onder de aandacht gebracht dat verschillende waterbronnen mogelijk kunnen voorzien in een groot deel van de in Nederland benodigde warmte. Zo wordt de potentie van oppervlaktewater geschat op 150PJ (40%), van afvalwater op 42PJ (14%) en drinkwater op 5PJ (2%). Deze bronnen uit de watersector zijn een belangrijke aanvulling op andere mogelijke bronnen zoals geothermie en restwarmte, uit bijvoorbeeld datacentra. Omdat de leidingen die nodig zijn om het warmteaanbod aan de warmtevraag te verbinden voor een termijn van 40-50 jaar worden gerealiseerd, is het onder meer van belang om te beschouwen of restwarmte ook op de lange termijn beschikbaar zal blijven.

Opslag cruciaal bij verduurzaming

Vanuit De Watergroep uit Vlaanderen werd daarbij het belang van energieopslag bij verduurzaming als eerste benadrukt: met het omzetten van duurzame elektriciteit uit bijvoorbeeld drijvende zonnepanelen op waterbekkens (Evides) of windmolens naar warmte en waterstof of met het opslaan van warmte in de ondergrond. De ondergrondse opslag van warmte kan een sterk faciliterende rol hebben bij het ontwikkelen van en robuuster maken van duurzame warmtenetten. Door te zorgen dat deze warmte opgeslagen wordt bij een temperatuur die directe verwarming mogelijk maakt, wordt de inzet van energievragende warmtepompen aan de vraagkant voorkomen.

Uit het elektriciteitsoverschot kan ook waterstof worden geproduceerd, welke tijdelijk kan worden opgeslagen in hogedrukvaten. Waterstof kan een belangrijke toekomstige rol vervullen om de duurzame mobiliteit te versterken. Stefan Holthausen van Holthausen Clean Technology uit Hoogezand laat zien dat in elektrische auto’s met een waterstofunit de actieradius enorm wordt verhoogd en tevens de oplaadtijd wordt teruggebracht tot de duur van een reguliere tankbeurt. Wanneer duurzame zon- en windenergie wordt omgezet naar waterstof én de waterstofinfrastructuur verder wordt ontwikkeld zal dit een enorme impuls geven aan het rijden op ‘groene’ waterstof.

Collectief beschikbaar maken van duurzame energie vraagt om samenwerking en sterke governance

De combinatie van duurzame energie uit verschillende bronnen, bijvoorbeeld lokaal opgewekte elektriciteit dan wel vanaf windparken op de Noordzee of nog verder weg, samen met de verschillende mogelijkheden voor conversie en opslag, maken flexibele oplossingen mogelijk die op elke situatie afgestemd kunnen worden. Tegelijkertijd vergroot dit de behoefte aan sterke samenwerking tussen verschillende partijen en sectoren en duidelijke governance. Waterbeheerders zoals drinkwaterbedrijven en waterschappen zijn zich expliciet bewust van hun publieke taak. De vraag is hoe en welke rol ze willen en kunnen nemen. Met de ervaringen van Waternet in Amsterdam is bijvoorbeeld duidelijk dat collectieve systemen noodzakelijk zijn en dat deze vanuit het dienen van het publieke belang moeten worden ontwikkeld, zonder een bedreiging voor de markt te zijn.

 

 

delen