Nieuws

Goedkeuring RT-PCR voor meting intestinale enterococcen

Drinkwater sneller getest op fecale bacteriën dankzij nieuwe RT-PCR-meetmethode

Een belangrijke stap voor de Nederlandse watersector: de RT-PCR methode is officieel goedgekeurd door de Inspectie Leefomgeving en Transport voor de bepaling van intestinale enterococcen in drinkwater. Dit betekent dat drinkwaterbedrijven en laboratoria deze snellere en gevoeligere methode nu kunnen gebruiken om deze fecale indicatorbacteriën op te sporen en zo de kwaliteit van ons drinkwater te bewaken.

De RT-PCR methode (Reverse Transcription Polymerase Chain Reaction) is al in 2019 goedgekeurd voor een andere fecale bacterie: E. coli, en is nu ook beschikbaar voor intestinale enterococcen (IE). De alternatieve meetmethode is sneller dan de traditionele kweekmethode. Hierdoor kan binnen enkele uren de kwaliteit van het drinkwater worden bepaald door de aanwezigheid van fecale bacteriën te meten, terwijl dat met de traditionele methode meerdere dagen kan duren.

Sneller handelen bij calamiteiten

Dit snellere resultaat is een groot voordeel, vooral wanneer een snelle reactie nodig is in geval van calamiteiten. Leo Heijnen, onderzoeker bij KWR: “De aanwezigheid van fecale bacteriën in drinkwater kan wijzen op fecale verontreiniging, wat een risico vormt voor de volksgezondheid. Daarom is het van belang dat de RT-PCR methode voor zowel E. coli als IE kan worden toegepast, zo kunnen we optimaal van die snelheid gebruikmaken.” Daarnaast is RT-PCR ook gevoeliger dan de standaard meetmethode. 

Een gezamenlijke prestatie

De ontwikkeling en goedkeuring van de RT-PCR methode voor IE is een resultaat van een intensieve samenwerking tussen KWR, alle Nederlandse drinkwaterlaboratoria (AQZ, Vitens, WLN en Het Waterlaboratorium) en de Belgische laboratoria van De Watergroep en Pidpa. “We zijn binnen het bedrijfstakonderzoek al een aantal jaar bezig met de ontwikkeling van de RT-PCR-methode”, zegt Heijnen. “In 2023 hebben we validatieonderzoek afgerond waarin is aangetoond dat met beide methoden vergelijkbare resultaten worden verkregen.” De resultaten van de verschillende onderzoeken hebben geleid tot de goedkeuring door de Inspectie Leefomgeving en Transport, onderdeel van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.

Afbeelding 1. Schematische weergave van de opzet van het onderzoek

delen