Jaarbeeld 2021

Waterstof werkt voor de watersector

Voor de watersector biedt waterstof interessante kansen om bij te dragen aan de energietransitie. Met onderzoek en innovatie loopt KWR in de voorhoede om dit in praktijk te brengen, samen met een breed palet aan partners. De inspanningen leidden in 2021 onder meer tot de opening van een waterstoftankstation in Nieuwegein en de toekenning van een Europese LIFE-Climate subsidie voor een regionaal waterstofproject.

Met het Nederlandse beleid om van het aardgas af te gaan, zal waterstof een belangrijke plek gaan innemen in ons toekomstige energiesysteem. Dit is de stellige overtuiging van Jos Boere, directeur van Allied Waters, zusterorganisatie van KWR. “Het is onmogelijk om alles elektrisch te doen”, zegt Boere terwijl hij zijn toekomstvisie schetst. “Over twintig jaar hebben we in Nederland een gasnetwerk waar waterstof doorheen vloeit, in plaats van aardgas. Met een beperkt aantal aanpassingen is het netwerk hiervoor geschikt.”

Emissievrije mobiliteit

Natuurlijk zijn nog veel uitdagingen te overwinnen. Zoals het ontwikkelen van een hele keten op waterstof. Er moet waterstof worden geproduceerd en afgenomen. Aan beide kanten ziet Boere kansen voor de watersector. “Waterbedrijven en waterschappen hebben een groen hart. Ze hebben grote duurzame ambities. Tegelijk verstookt een beetje waterschap toch al snel een half tot anderhalf miljoen liter diesel per jaar, bijvoorbeeld voor het transport van afvalslib. Als waterschappen zouden overstappen op waterstof, kunnen ze hun mobiliteit compleet emissievrij maken. Dat betekent geen uitstoot van CO2 of stikstof, niks.”

Waterstofproducent langs twee sporen

Behalve als gebruiker, ziet Boere de watersector ook als een potentiële producent van waterstof. Hij noemt hiervoor twee sporen. Het ene loopt via biogas, een product dat waterschappen maken door het vergisten van afvalslib. Met omzettings- en opwerkingsprocessen kan waterstof uit biogas worden gewonnen. “Er zijn al waterschappen die daar oor naar hebben”, weet Boere. Maar vooral het andere spoor, via elektrolyse, vindt hij veelbelovend. Met groene stroom, opgewekt uit bijvoorbeeld zonne- of windenergie, wordt water via een elektrolyser gesplitst in waterstof en zuurstof. Vervolgens wordt de waterstof opgeslagen als energiedrager om te kunnen worden ingezet voor bijvoorbeeld het aandrijven van zware machines of voor vrachttransport. Boere: “Veel waterbedrijven zijn actief in het opwekken van groene stroom, kijk bijvoorbeeld naar de drijvende zonneparken op waterreservoirs. Maar ik hoor vaak dat ze last hebben van netcongestie, dan kunnen ze op piekmomenten de opgewekte stroom wegens overbelasting van het stroomnetwerk niet kwijt. In zulke gevallen stelt men de logische vraag: kan ik iets nuttigs doen met die duurzame stroom? Wat mij betreft zit het antwoord hierop in waterstof.”

Verbinden met energiesector

Maar om dit antwoord in praktijk te brengen is nog best complex. Want de hele waterstofketen moet zich nog ontwikkelen. Welke rol kan de watersector hierin pakken? Om daarachter te komen is onderzoek en innovatie nodig, vindt Boere. Zo’n zes jaar geleden startte KWR samen met prof. Ad van Wijk (TU Delft/KWR) met de conceptuele ontwikkeling rond de vraag wat waterstof voor onze sector kan betekenen. “We stelden vast dat de waterstofeconomie zeer veelbelovend is, maar dat het de wereld ook op zijn kop zet”, vertelt Boere. “Daarom bleef het niet bij een paar projecten en rapporten, maar zitten we er nog steeds met onze neus bovenop. We leggen verbindingen met de energiesector. Je zou kunnen vragen: waarom doet KWR dit? Jullie werken toch primair aan water? Maar we zien hoe maatschappelijke vraagstukken roepen om maatwerk. Aanpalende sectoren moéten de handen ineenslaan. Alleen door betrokken te zijn kan je de mogelijkheden creëren, nodig om wetenschap en praktijk bij elkaar te brengen.”

Waterstoftankstation en Europese LIFE-Climate subsidie

Waar dit gezamenlijk optrekken toe kan leiden, is sinds 2021 voor iedereen te zien. In het voorjaar had Nieuwegein een primeur met de opening van het eerste waterstoftankstation in de regio. Het tankstation is van Hysolar, een gezamenlijk initiatief van Allied Waters, Jos Scholman Aannemersbedrijf uit Nieuwegein en nog twee aandeelhouders. Boere, mede-oprichter van Hysolar, vindt het tankstation een prachtig bewijs hoe het maatwerk waar hij eerder over sprak, kan uitpakken. “We hebben eerst een plan gemaakt hoe we het tankstation konden realiseren. Nu dat er staat, gaan we ook zelf waterstof produceren. We hebben daar vorig jaar samen met provincie Utrecht en andere bedrijven in de regio een Europese subsidie voor binnengehaald: het regionaal waterstofproject LIFE NEW HYTS. Op het terrein van KWR komt een elektrolyser, waarmee we met groene stroom, afkomstig van het naastgelegen zonnepark van Waternet, waterstof gaan maken. De restwarmte die bij het proces vrijkomt, maken we beschikbaar voor een industriële wasserij, niet ver van ons vandaan. KWR verzorgt het onderzoek om alles voor elkaar te krijgen. Zo bouwen we gezamenlijk aan een verhaal waar de wereld om ons heen iets aan heeft. Ik nodig iedereen uit om straks te komen kijken.”

Dynamiek en verbinden

Hoe uitdagend het is om dit verhaal vorm te geven, weet Nellie Slaats, senior projectmanager bij KWR en coördinator van het NEW HYTS-project. De lat ligt hoog. Doelstelling is om door een combinatie van deskundigheid, operationele capaciteit, implementatie en beleidsvorming een lokale groene waterketen op te zetten, van de aanschaf van een electrolyser tot een aantal waterstofvoertuigen. Hierbij wordt vastgesteld tot welke CO2-reductie de implementatie van waterstof in het transport kan leiden. Voor het project is een consortium opgezet met de Provincie Utrecht, Hysolar, drie transportbedrijven, een aannemersbedrijf en KWR. De aanpak wordt in het project gekopieerd, naar in ieder geval België en Duitsland. Slaats: “Naast de uitvoering in de praktijk, worden diverse monitoringsprogramma’s opgezet. En er moet een goede businesscase worden ontwikkeld. Ook moeten monteurs worden opgeleid om veilig te kunnen werken met voertuigen die op waterstof rijden. Met zo’n grote diversiteit aan werkzaamheden vraagt het project om het vermogen van verbinden. Alle partners zijn even belangrijk, niemand kan dit alleen.”

Concrete bijdrage aan energietransitie

Behalve projecten met de nadruk op demonstratie en implementatie, zoals NEW HYTS, werkt KWR ook aan waterstofvraagstukken met een sterke onderzoekscomponent. Voorbeeld is het project H-flex, waarin KWR en Hysolar samenwerken om uit te vinden hoe de waterstofproductie maximaal kan helpen tegen netwerkcongestie. Een heel ander voorbeeld uit 2021 – juist met een veel grotere praktijkcomponent – komt van Hysolar, dat samenwerkt met een consortium van pioniers om de binnenvaart met waterstof te vergroenen. Hoe de insteek van de projecten ook is, ze zijn erop gericht een bijdrage te leveren aan de energietransitie die zo hoognodig is. Volgens Boere gaat het om een continue wisselwerking, waarin de juiste partijen elkaar moeten vinden. “Zonder praktische toepassingen heeft KWR geen bestaansrecht. Andersom krijgen groepen als Hysolar niets voor elkaar zonder dat mensen op wetenschappelijk niveau meedenken. Die dynamiek is geweldig en vraagt moed, visie en lef.”

 

 

delen